Soms kun je weken achter elkaar verslaafd zijn aan een bepaald gerecht of product. Zo zit ik al een tijd in een ei-periode. En nu moet ook de ansjovis er aan geloven (ahhhh, sorry lieve vis). Natuurlijk probeer ik ze met mate te eten en als ik de visjes op olie eet, koop ik ze in de bio winkel zodat ik zeker weet dat ze eerlijk zijn gevangen en van goede kwaliteit zijn. Nog een punt: goede en smaakvolle ansjovisjes zijn meestal ingemaakt in olijfolie!

Deze lente ontdekte ik twee nieuwe recepten waarin je deze visjes kunt verwerken: ansjovis met kikkererwten en ansjovis met citroensap en avocado. Beiden perfect als borrelhapje of als lunch op een broodje!

foto (4)

 


Kikkererwtensalade met ansjovis

 

Benodigdheden:
1 blik gekookte kikkererwten (je kunt ze ook zelf eerst weken en koken)
2 eetlepels frisse mayonaise (of volle yoghurt)
2 stengels bleekselderij
handje gehakte platte peterseliesap

sap van 1 limoen
2 theelepels kappertjes (of augurken, combi kan ook)
1 rode ui
peper en zoet
Brood

Bereiding:
Rooster het brood tot toast. Pureer de kikkererwten samen met het limoensap en de mayonaise of yoghurt. Hak de bleekselderij, ui, augurkjes en peterselie fijn en mix het door de kikkererwtenpuree. Voeg eventueel olijfolie toe om het smeuïg te maken en serveer het op een toast!

 

foto (6) 

Ansjovis met avocado en citroensap

nodig:

1 avocado
Ansjovis ingemaakt in olijfolie
1 citroen
zeezout
Peper
Geroosterd brood

Bereiding:
Rooster brood tot een toast. Snijd de avocado in mooie gelijke dunne plakjes en leg deze op het toast. Leg er een ansojvis op en besprenkel met citroensap, zeezout en peper.

Deze combi kun je ook omtoveren tot salade. Voeg, olijfolie en veldsla of little gem toe en je hebt een heerlijke frisse salade met ansjovis

Een derde manier om polenta te bereiden is het te bakken en er knapperige koekjes van te maken. Het gestoofde witlof met kappertjes zorgt voor een heerlijk fris accent. Naar een recept van Antonio Carluccio.

Knapperige polenta met gestoofd witlof

Nodig:

200 g snelkookpolenta

zout en peper

olijfolie

1,5 dl kokend water

600 g witlof, in stukjes gesneden

1/2 chilipeper, gesnipperd

2 tenen knoflook, gesnipperd

1 eetl kappertjes

2 dl water

1 bouillonblokje

Vermeng de polenta in een schaal met een snuf peper en zout en 2 el olijfolie. Roer het kokende water erdoorheen totdat het een deeg is waarvan je 6 hamburgertjes van kunt maken.

Vermeng wat olijfolie in een koekenpan en bak ze aan iedere kant 8 minuten totdat er een dikke korst is ontstaan. Smoor intussen de kapperjes, pepertje en knoflook enkele minuten en voeg dan de witlof, het water en bouillon toe. Stoof het 20 minuten op laag vuur.

Verdeel de polentakoekjes over de borden, verdeel de gestoorde witlof erover en giet er een klein beetje kookvocht overheen.

Deze omgekeerde tomatentaart is verrukkelijk als bijgerecht; maar toen ik de ochtend erna nog ingrediënten over had bleek het ook een ultiem recept te zijn voor een lekker laat ontbijt of brunch. O zo gemakkelijk te maken, feestelijk en helemaal biolicious!

Tomatentaart

Nodig:

half pak bladerdeeg (ontdooid!); de andere helft is 24 uur houdbaar in de koelkast en bruikbaar voor het ontbijt

5 biologische tomaten

3 takjes rozemarijn

12 kappertjes

olijfolie

bakpapier

bakblik

Verwarm de oven voor op 200 graden. Snijd de tomaat in plakken. Verhit de olie in een koekenpan en fruit de kappertjes en takjes rozemarijn enkele minuten. Voeg als ze gaan sissen de tomatenplakken toe en bak het geheel vijf minuten.

Rol ondertussen de bladerdeeg uit tot een ronde die net iets groter is dan een bakblik. Deze bekleed je met bakpapier (tot over de rand). Gooi het tomatenmengsel er in en leg daar het bladerdeeg op; stop de randen goed in. Bak de taart in 30 minuten gaar in de oven, totdat het deeg gekleurd en luchtig is. Laat even afkoelen, houd een schaal tegen de rand van het bakblik en keer deze om. Verwijder het bakpapier en snijd de taart in stukken.

Winters potje

Knolselderij ziet er niet zo aantrekkelijk uit om te eten maar de groente heeft een heerlijk zoete, nootachtige smaak. Knolselderij heeft een uitgesproken smaak en in dit gerecht wordt dat versterkt door de zoete en nootachtige smaak van de emmentaler.

knolselderijgratin voor 4 personen

Ingrediënten
450 gram knolselderij
Sap van een halve citroen
25 gram boter
1 kleine ui, fijn gesnipperd
2 el bloem
3 dl melk
30 gram emmentaler, geraspt
1 el kappertjes
Zout en cayennepeper

Bereiding

Verwarm de oven voor op 190 graden celsius. Schil de knolselderij en snijd hem in plakken van 5 mm dik en doe die in een pan met koud water en citroensap.
Breng het water aan de kook en laat de knolselderij 10-12 minuten zachtjes koken tot hij net zacht is. Giet hem af. Verdeel de knolselderij over een ondiepe ovenschaal.
Smelt de boter in een kleine pan. Bak de ui op laag vuur tot hij zacht, maar niet bruin is. Roer de bloem erdoor en bak hem 1 minuut. Roer langzaam de melk erdoor tot er een gladde saus ontstaat. Roer de kaas en kappertjes erdoor en breng de saus op smaak met zout en cayennepeper.
Schenk hem over de knolselderij. Bak hem 15-20 minuten in de ver tot de bovenkant goudbruin is.