Een chutney is een smaakmaker uit de Indiase en Pakistaanse keuken. Chutney wordt meestal vers bereid, met wat er voor ingrediënten met een sterke smaak toevallig beschikbaar zijn.
Aan een basis van een vruchtenpuree worden kruiden en smaakmakers toegevoegd zoals azijn, tamarinde, gember, mosterdzaad, knoflook, peper en ui. Ook worden wel kruiden, zoals fenegriek, koriander en komijn gebruikt. De chutney smaakt naast scherp vaak ook zoet door toegevoegde suiker, en zuur door azijn.
Van India naar de Betuwe: Pruimenchutney! Dit recept is lekker bij gevogelte en wild of op een toast met gorgonzola.
Bereiding
Vruchten wassen, schoonmaken en in stukjes snijden. Alle ingrediënten langzaam al roerend aan de kook brengen. Als de substantie te dik is kun je er een paar lepels water toevoegen.
Het geheel een half tot een uur laten pruttelen en inkoken tot een dikke massa. Kokendheet overdoen in goed schoongemaakte potten en direct afsluiten. Goed houdbaar.
Als kind walgde ik ervan. Nadat ik een hele middag misselijk was geweest van een witte boterham met een weeïge zoete pindakaas heb ik het jaren niet gegeten. Tot ik op m’n zestiende met mede Biolicious blogster Hilde een week zonder koelfaciliteiten in een tentje in Spanje bivakkeerde. Daar ontdekten we al snel dat ham en de Spaanse zon niet zo’n goede combinatie waren. Ja, we learned it the hard way…
Maar na een week veroordeeld te zijn geweest tot stokbrood met pindakaas was mijn liefde voor dit goedje terug. Hoewel selectief, ik lust echt alleen Calvé met nootjes en sommige van de notenpasta’s van de natuurwinkel. Aangezien ik altijd op zoek ben naar verantwoorde voeding, deed ik onlangs een klein onderzoekje naar gezond broodbeleg. En wat bleek, pindakaas staat op nummer 1! Hoewel het aardig wat calorieën bevat (zo’n 100 per boterham), bevat het vooral super veel essentiële voedingstoffen. Waaronder:
Vitamines: vitamine B1, B3, & B5, vitamine E en vitamine B9 & B11 (foliumzuur)
Mineralen: calcium, ijzer, magnesium, fosfor, kalium en zink
Co-enzym Q10
Eiwitten: ruim 20 verschillende belangrijke aminozuren
En wat er niet in zit is bijna even belangrijk: toegevoegde suikers, zout en verzadigd vet.
De Wereldgezondheidsorganisatie adviseert dagelijks 30 gram peulvruchten (zoals pinda’s dus) te eten. Dit zou het risico op bepaalde chronische ziekten verlagen zoals coronaire hartziekten, bepaalde vormen van kanker, diabetes en osteoporose.
Maar, het mooiste komt nog, het is super makkelijk te maken. En als kritische pindakaaseter kan ik met mijn hand op m’n hart zeggen dat ik nog nergens zo’n lekkere heb geproefd.
Het recept voor pindakaas
Nodig:
Zakje ongezouten, ongebrande pinda’s
Arachideolie/kokosolie/sesamolie of een andere lekkere olie naar keuze
Naar smaak:
Snufje himalayazout
Theelepeltje honing
Beetje lijnzaad
Een pepertje en/of een flinke schep sambal
Voeg alles samen in een kom en bewerk het met een staafmixer. Voeg zoveel olie toe dat het een smeuïge massa wordt die makkelijk smeerbaar is.
That’s it, eitje! Bewaar de zelfgemaakte pindakaas in een goed afgesloten potje ongeveer 2 weken buiten de koelkast of wat langer erin. Geloof mij maar, zo lang blijft hij niet staan.
Al improviserend kwam ik gisteren tot dit geweldig lekkere gerecht. Ik probeer nog steeds biologische (of anderzijds ”bewuste”) garnalen te achterhalen, dus tips zijn welkom!
Thaise garnalen met boontjes, knapperige gember en kokos-noodles
Nodig:
handjevol ongepelde, rauwe garnalen
een stuk gember van 5 cm
300 gram biologische sperzieboontjes
1 lenteuitje
4 teentjes knoflook
5 eetlepels arachide- (of olijf-) olie
2 eetlepels thaise vissaus
sojasaus (naar smaak)
1 tl sambal
noodles of Chinese eiermie
1 blikje fairtrade kokosmelk
Zet een pannetje met water op het vuur. Haal de puntjes van de boontjes en snijd ze doormidden. Kook ze ongeveer 2 minuten en zet de boontjes dan weg in een vergiet.
Schil de gember en snijd deze in flinterdunne plakjes. Zet een wok op het vuur en verhit hem voor, voordat de olie er in doet. Doe de gember in de pan als de olie goed heet is en laat ongeveer 1 minuut staan, totdat de gember knapperig is. Schep de gember uit de pan en zet opzij. Laat de olie in de pan zitten.
Snipper de knoflook en het uitje. Besprenkel de garnalen met sojasaus. Laat de kokosmelk in een pannetje koken en doe de noodles of eiermie erbij. Laat ze koken totdat ze gaar zijn, giet ze af in een vergiet maar zet er een schaaltje onder om de kokosmelk op te vangen. Laat de noodles even schrikken onder koud water zodat ze niet doorgaren.
Verhit de olie nogmaals in de wok totdat deze goed heet is. Voeg de knoflook en uitje toe en wok ze 1 minuut. Voeg nu de boontjes toe en na een minuutje de vissaus, sambal en ruim sojasaus. Voeg de garnalen toe en wok deze totdat ze een beetje roze beginnen te kleuren (dat duurt een minuut of drie). Voeg dan de noodles toe en giet twee pollepels kokosmelk in de pan. Laat nog ongeveer drie minuten koken en serveer het gerecht dan met de knapperige gember.
Koud, nat herfstweer, je winterjas net te laat van zolder gehaald… En ja hoor, geveld door de griep! Ik heb al van zo veel mensen gehoord dat ze het snottervirus te pakken hebben, en ben zelf ook niet ongeschonden uit de bacillenstrijd gekomen. Dan wordt het tijd voor een recept om lekker aan te sterken… En wat helpt beter dan een home-made kippensoepje? Dit is niet zomaar een soepje, het recept is ontsproten aan het brein van mijn vriendinnetje Wieteke. Ze heeft ‘m me voorgezet en ik kan niet anders zeggen dan dat het een super-soepje is! Als je je hierna niet beter voelt weet ik het ook niet meer..
Ingrediënten:
2 biologische kippenbouten
1 prei
1 ui
Naar smaak 1-2 blikjes kokosmelk (bio of fairtrade)
1 rode paprika
1 bakje taugé
Bouillonblokjes voor ongeveer 2 liter soep
Rijst of glasnoodles
Bakje champignons
Sambal
evt. Lemongrass en/of verse koriander
Bereiding:
Kook de kippenbouten een uurtje in de bouillon terwijl je de andere ingrediënten in stukjes snijdt . Fruit de ui en de prei even kort samen in wat olie of boter. Als de kip goed gaar is deze uit de bouillon halen, je kunt het vlees er dan zo afplukken en terug in de soep doen. Ook de rest van de ingredienten, de champignons, paprika, ui en prei kunnen dan in de bouillon evenals de rijst of glasnoodles. Voor dat laatste geldt, hoe meer je erin doet des te zwaarder de soep. Laat de hoeveelheid dus afhangen van je persoonlijke voorkeur. Als je stengels lemongrass gebruikt, kook deze dan nu mee. Wanneer alle ingrediënten gaar zijn kan de soep worden afgemaakt. Eventueel dus eerst de stengels lemongrass eruit halen als je deze hebt gebruikt, wanneer je lemongrass uit een potje gebruikt kan deze er op het laatst met de smaakmakers doorheen. Voor het serveren de soep op smaak brengen met de kokosmelk en de sambal. Verdeel de taugé over de soepkommen en schenk hier de soep overheen.
Als je ervan houdt kun je de soep garneren met wat verse koriander.